Wie we ook zijn, man, vrouw, jong of oud, we zijn allemaal min of meer bedekt met haar, van top tot teen. Oksels, hoofdhuid, benen, rug, aangezicht, schaambeen of armen, geen enkel deel van ons lichaam wordt gespaard. Iedereen van ons heeft haar, maar de levenscyclus varieert naargelang van verschillende criteria.

Maar allereerst, wat is haar? (zie schema)
Het is in deze bel dat de haarbol, de basis en het enige levende deel van het haar, wordt gevormd. Tijdens de groei komt de haarschacht uit de huid en is het enige zichtbare deel van het haar, dat keratine wordt genoemd. Het haar is een soort staafje dat min of meer lang, hard en dik is, afhankelijk van het lichaamsdeel en de persoon, dat ontstaat in een kleine bel onder de huid die het ‘haarzakje’ wordt genoemd.
En zijn levenscyclus?
De talgklier bepaalt de lengte, de duur van de levenscyclus van het haartje (en het haar) en heeft ook de taak om het te beschermen. Hormonen, een bepalende factor, werken in op deze klier en zijn talgafscheiding. Dus hoe meer talg wordt afgescheiden, hoe sneller het ritme van de cyclus en hoe korter de levensduur van het haartje of het haar.
De haarcyclus wordt beïnvloed door verschillende criteria:
- het lichaamsdeel
- het type en de aard van het haartje
- de kenmerken van een persoon zoals zijn of haar leeftijd, gewicht, geslacht, stofwisseling, afkomst, hormonen…
Bepaalde externe factoren beïnvloeden ook de cyclus, zoals het voedsel dat we eten, de medicijnen die we gebruiken en de omgeving waarin we leven.

Natuurlijk is de duur van de haarcyclus voor iedereen anders, maar het chronologische systeem, dat is verdeeld in 3 fasen, is voor iedereen hetzelfde:
1. De anagene fase:
Dit is de laatste periode van haargroei waarin de pigmentatie wordt bepaald, en waarin op een gegeven moment de concentratie melanine maximaal is. Deze fase duurt meerdere jaren en tot 85% van ons haar bevindt zich op een bepaald moment in deze fase.
Het is in de uitstulping, een onderhuids gebied van 1,5 mm diep, dat de haarwortel leeft en van waaruit het evolueert.
Voordat het haartje de catagene fase ingaat, heeft het te maken met verstoringen, verandert de papil geleidelijk en stopt de productie van melanine in de kiemgebieden.
2. De catagene fase:
Dit is een overgangsperiode in de levensduur van het haar, ook wel de regressiefase van het haar genoemd, die ongeveer 2 weken duurt: het haar stopt met groeien. Ongeveer 3 tot 4% van ons lichaamshaar doorloopt deze fase op een bepaald moment.
3. De telogene fase:
Dit is de eigenlijke rustfase van het haar die ‘cellulaire rust’ wordt genoemd. Deze fase duurt tussen de 5 en 6 weken en gaat vooraf aan haaruitval. Deze fase vertegenwoordigt ongeveer 13% van de haren op een bepaald moment in ons leven. Het haar stopt met groeien en valt uit. Zo eindigt de levenscyclus om plaats te maken voor de groei van nieuw haar.